India

it’s easy, you just walk

Een groot cliché, dat verkeer in India. Mensen denken er het hunne van, geloven hun ogen niet en de Indiërs, die rijden verder.
Zonder spiegels, gordels, pinkers of deftige remmen. Defensief rijden wordt op het subcontinent offensief wringen want er kan altijd nog een tandje bij.
De rem wordt zo weinig mogelijk gebruikt, de gsm compenseert.

En er wordt getoeterd. Om te laten weten dat ze eraan komen, om te zeggen dat je in de weg rijdt, om koeien de weg te wijzen en omdat dat tof is.

Voorrang van rechts is in principe voorrang van links (er wordt daar links gereden) maar in de praktijk is het voorrang van de grootste. Vrachtwagens over bussen over jeeps over auto’s over Royal Enfields over moto’s over scooters over fietsers over voetgangers. Omgekeerde wereld, maar dat kan wel kloppen, geografisch gezien.

Feit is: ook dat went.
De eerste week staken we enkel de straat over in het kielzog van een local. Tot ze ons dé truuk uitlegden: it’s easy, you just walk.
En inderdaad. Je kan bijna altijd gewoon over wandelen.

Het zotte is wel dat er, in verhouding gezien, niet heel veel meer dodelijke ongevallen gebeuren dan in Europa. Bizar, ook. De Indische chauffeur rijdt dan ook niet snel. 25 tot 30 kilometer per uur, gemiddeld. Op snelwegen maximum 90. Omdat ze a) zeer lage toeren maken b) er overal snelheidsbrekers liggen en c) stress voor niets goed is.

Wij kunnen daar iets van leren, wij.

Standard
India

De laatsten zullen de eersten zijn

Na 84 dagen is het onvermijdelijke moment aangebroken. Er is van alles nog eentje over. Alles dat ons de afgelopen maanden zo gewoon werd, houdt na de komende 24 uur op.

We sliepen onze laatste nacht, ontbeten de laatste keer en straks wordt er de laatste keer in de oceaan gezwommen. Een laatste dineetje met de voeten in het zand, de laatste keer de riksjawhalla’s afschepen, de laatste keer geen stomme souvenirs kopen. De laatste fles Kingfisher drinken en de laatste keer zwetend van tafel gaan.

De laatste keer.
Maar elk einde heeft twee prachtige voordelen: schitterende herinneringen en wondermooie vooruitzichten.
Ik ben er van overtuigd dat de afgelopen maanden ons de rest van ons leven zullen bijblijven. Elk mooi moment, elke zure appel (die zijn gelukkig op een hand te tellen), elke ontmoeting en alle smaaksensaties.
Foto’s, een dagboek, een kilo of twee kruiden en het collectieve geheugen. En emmers emoties en quotes als “yes, veur maai with plain raaist” en “look a dead hond”. Wij gaan met plezier terugkijken.

Maar we kijken ook al uit naar de nabije en verdere toekomst. Alle familie en vrienden terugzien. De nieuwe kinders van de vrienden bewonderen. Trouwfeesten en braspartijen, weekendjes en weekjes weg, etentjes en gezelligheid. De stad doorfietsen, weer met volle goesting gaan werken, in de zetel thuis een filmpje meepikken, naar de winkel gaan en zelf koken.
En op langere termijn het zoeken van een huis met tuin en koters kweken.
De volgorde is optioneel.

De afgelopen drie maanden zullen in mijn geheugen in elk geval te boek staan als de mooiste tot nu toe. Met dank aan mijn vrouw om me mee te sleuren (ik ben heel makkelijk te overtuigen hoor), onze ouders om ons te missen en onze beider werkgevers om ons er even tussenuit te laten knijpen. Ook bedankt aan Vadertje Staat voor de kleine tussenkomst van het tijdskrediet.

En een goede raad voor u en de uwen: trek er eens op uit. Neem wat tijd. Doe eens niets. Leer iets nieuws kennen. Bijt eens in een verse peper. Drink eens thee met water van bedenkelijke kwaliteit. Schijt uw darmen eens volledig leeg en vul dat lijf met nieuwe ervaringen en indrukken.
En dan terug.
Rince. Repeat.

Standard
India

Door India met ne snotneus

Het moet ergens zo geprogrammeerd zijn: februari is tijd voor een valling en een snotneus. Of je nu ondergesneeuwd bent in België of puffend door de woestijn van Rajastan trekt.
In het tweede geval is die snotneus erg onaangenaam want niet maatschappelijk aanvaard. Net als eieren, vlees en bier, hier in Pushkar.
Hoe moeten wij dan weer gezond worden?!

Standard
India

Varanasi zien en sterven…

Maar niet heus.
Kiekenvel, dat wel. Mensen, al zijn ze dood als een pier, zien branden tot er alleen nog maar een romp (mannen) of heupen (vrouwen) van overschiet, dat doet u iets.
Ikzelf was er niet goed van, ookal kan de koeienstront er ook iets mee te maken gehad hebben…
Gisteren heel de dag naar de gaths gestaard en ‘s avonds genoten van de Gangha function. Redelijk zot hoeveel volk doe mannen hier bijeen kunnen roepen. Nu ja, ook wij vielen er voor, dus het zal wel iets universeel geweest zijn.

Vanmorgen de wekker gezet om half zes (intussen een vast alarm in de wekker, samen met dat van zeven uur) voor een tweede boottocht, om de zon te zien opkomen en om de zonsopgangaanbidders gade te slaan.
Mensen die op dezelfde honderd meter kleren wassen, zichzelf reinigen, hun tanden poetsen, water scheppen voor thee en hun gevoeg doen, we hadden er van gehoord. Maar ook dat is dus echt waar.

Jep, alle vooroordelen over India zijn waar.
En dan nog blijft er hier een land over dat, volgens onze bescheiden mening, zijn gelijke niet kent. Een land vol traditie, architectuur, godsdienst en vrolijke, vriendelijke mensen. Een volk van werkers en familiemensen, die heel graag een boel zaken veranderd willen zien, maar er intussen het beste van maken.

Een volk dat kan koken als geen ander: smaakpatronen die hier geweven worden, daar kunnen wij gelukkig veel van leren. En mee naar huis pakken! Intussen vonden we al wel het beste restaurant van India, tot nu toe: Ganga Fuji. Het schijnt dat er in Udaipur ook nog een goed restaurant is, maar dat zal @glennbrosens dan nog wel even moeten meedelen…

Het verdere verloop van de reis?

  • morgen naar Lucknow en in het beste geval ineens door naar Agra, per trein en bus
  • een paar dagen Agra, met de Taj Mahal en het fort
  • Jaipur, Pushkar, Jaisalmer, Jodpur, Udaipur
  • Goa

U ziet, wij zijn nog niet klaar met India!

Standard
India

Two sides of India

De voorbije week werden wij onder de hoede van Swami Japananda genomen, een vriend van de familie Vanmechelen. Drie dagen had hij voor ons een verblijf in Bangalore uitgestippeld, waarna hij ons voor een aantal dagen persoonlijk ontving in Pavagada. Een lokale gastheer, die heel wat aanzien geniet in binnen- en buitenland, heeft zo zijn voordelen. We konden India helemaal in ons opnemen. Alle kanten van India. We staken zonder verpinken de kloof tussen rijk en arm over. Heel rijk en heel arm.

Tijdens ons verblijf in Bangalore werden we meegesleurd in de Indische variant van toerisme. Lange dagen, zo veel mogelijk zien, alles snel snel snel en vooral: zo veel mogelijk shoppen. Waar we het in Delhi best wel logisch vonden dat buitenlanders 5 tot 25 maal zoveel inkom betalen, stond ons dat in deze groep erg tegen. De gemiddelde deelnemer was relatief gezien veel rijker dan ons. Hoe dan ook, Mysore Palace was geweldig!

Bij gelukkig toeval, werd onze laatste trip geannuleerd wegens te weinig deelnemers. Zo hadden we tijd om Wannes te gerieven met een nieuwe e-reader en konden we de stad wat meer verkennen op onze manier. Vooral mensen kijken vanop een terras: hippe indiers die koffie drinken met hun laptop, iphone of ipad in de aanslag en met vaak meer bloot vel dan een gemiddelde westerse vrouw op een zomerdag laat zien. Later op de avond pinten drinken die meer kosten dan bij ons en waar een gemiddeld Indisch gezin een paar dagen van leeft.. Wij waren nog redelijk zuinig. De lokale yuppies lieten de shotjes Sambuka (5 euro is hier een fortuin!) stevig vloeien. Een stevig contrast met wat we de dagen erna te zien kregen in Pavagada!

Heel wat Indiers hebben ons al verteld dat je India niet kan begrijpen als je niet in ‘the villages’ bent geweest. Dat klopt. Dankzij de escortes die Swami voor ons regelde, konden we op plaatsen komen waar je je als toerist alleen beter niet kan begeven. Plaatsen waar ze nog nooit een blanke hebben gezien. Plaatsen zonder drinkwater of zonder medische hulp (voor Swami zich erin vastbeet). Plaatsen waar we handtekeningen moeten uitdelen en waar iedereen met ons op de foto wil. Plaatsen waar we worden uitgenodigd voor thee en mensen fier aan heel het dorp laten weten dat we bij hen te gast waren. Wij kwamen op plaatsen waar we ons op voorhand niets bij konden voorstellen. Wij kwamen op plaatsen waar je bijna omver gelopen wordt door bedelaars, omdat je een banaantje tracht uit te delen aan een oud hongerig vrouwtje. Wij kwamen op plaatsen waar mensen trots zijn op hun werk en op hun leefwereld en het is heel cool dat wij daar even deel van mochten uitmaken.

Qua contrasten kon deze week dus tellen. Nu kijken we weeral uit naar ons volgende avontuur. Vanacht vertrekken we richting Varanasi, waar op dit moment Kumbh Mela plaats vindt (in de nabije omgeving), worlds biggest congregation. Gisteren baadden er 30 miljoen mensen in de Ganges. Maar mama’s, wees gerust, wij bekijken het enkel vanop een veilige afstand… 
kumbh-mela_7 

 

Standard
India

Kont – e-reader: 1-0

Drie maanden onderweg zonder lectuur is als een cafe zonder bier.
Van die laatsten hebben ze er hier in India genoeg, dus lectuur moest er zijn. Wij, als gadgetadepten, gingen voor de digitale versie van de dingen: beiden een e-reader en een 30-tal Nederlandstalige boeken.
Neem het van ons aan: perfect.

Tot de laatste nachttrein.
Geen idee of het van de spanning, het tumult of de aanwezige kakkerlakken was, maar mijn oog-hand kont coordinatie was even zoek. Dikke schijter op de e-reader en boem: weg scherm…
Ook: een erg lange treinreis, zo zonder leesvoer.

Gelukkig waren we op weg naar Bangalore, DE IThub van het Oosten. Man was I wrong. Althans wat e-readers betreft. Er was niets te vinden, behalve de Kindle. Wij naar een electrostore waar het laatste exemplaar echt voor de neus werd verkocht…
Ik baalde, kan ik u vertellen.

Aangezien ons erg drukke schema geen plaats meer liet voor meer shopping, had ik me al bijna neergelegd bij het feit dat ik papieren boeken in het Engels zou ;moeten lezen. Gelukkig werd vanochtend om 06:16 het bericht bezorgd dat de tour gecancelled was.
En nu zit ik hier met een Kindle. En massa’s .epub’s die geconverteerd moeten worden.

Jep, first world problems…

Standard
India

Ain’t no mountain high enough…

De laatste dagen hebben we weer volop gemerkt dat  een klein beetje afzien soms geweldig wordt beloond! Na onze eerder tamme trip over de backwaters van Kerala, werd het stilaan tijd dat deze globetrotters nog eens in actie kwamen. Dus: half zeven bed uit, zeven uur buiten staan, een uur op de trein staan buurten met onze indische reisgenoten en vervolgens vijf uur met de bus richting Munnar. De drukte en het getoeter van het indische verkeer kan ons ondertussen al niet meer uit ons lood slaan, maar die scherpe bochten en grote dieptes gaven het reizen weer een nieuwe dimensie mee. Ze houden het toch graag spannend, die Indiers… Wanneer we na heel wat schudden en hobbelen de theevelden zien verschijnen, is alle ongemak snel vergeten. Een goeie soundtrack (Steel Drivers) maakt alles steeds nog beter en hier klopte het plaatje helemaal.

Na het plannen van onze trekking, het zoeken van een goedkoop hotel en een avondmaal in een lekker indisch stalletje is onze kaars helemaal uit. Om negen uur kruipen we onder de wol (het is hier in de bergen dan ook een stuk frisser), aangezien we onze wandeling om half zeven (!) aanvatten.  Zonder morren springen we om half zes uit ons bed en vinden een tuk tuk die ons naar ons vertrekpunt brengt.

Wat een wandeling was me dat! Vertrekken in de ochtenddauw, een steile klim doorheen de theevelden, een nog steilere klim over een rotsachtige oppervlakte om tegen negen uur halt te houden op de top van een berg voor een ontbijt. Dat uitzicht, daar willen wij al eens voor puffen en zweten. Gedurende de rest van de dag wordt er stevig gedaald langs smalle zandpaden. Voor mij  soms zelfs iets te stevig met mijn schuivende All Stars.  Ach ja, het leven is een avontuur als je alles direct heeeeel spannend vind :-) . Wannes vond het allemaal nogal meevallen precies… Ik zou het hoe dan ook meteen opnieuw doen. Dankzij onze opmerkzame gids hadden we zelfs het geluk twee heel zeldzame, maar gigantische eekhoorns te zien! Dan zijn wij content he…

Na een verkwikkende douche trekken we terug het stadje in om te genieten van de locale street food. Heerlijk! Geen geld, sympathieke en supertrotse Indische koks, een beetje opgaan in de massa,… Allemaal een klein beetje goor, dat wel, maar daar trekken wij ons niet zo veel van aan. We zijn er in elk geval toch nog niet ziek van geworden.

Na een nachtje rust opnieuw de bus op. Naar beneden was duidelijk meer op maat van het krakkemikkelig bakje. Na amper vier uur staan we immers terug in Eranakulam. Voor 5 roepies varen we onmiddellijk verder met de Ferry naar het Portugese koloniestadje Fort Cochin. Een paar uur zitten was voor ons  geen overbodige luxe, met onze stramme kuiten en voeten vol blaren.

Ondertussen hebben we weeral onze weg gevonden naar de gezellige adresjes in de stad. Vandaag hebben we ons in een opwelling laten meenemen door een gezellige Riksja-driver die ons een spotgoedkope rondrit aanbood door ‘the real Cochin’. En dat was de moeite. We mochten binnengluren in een authentieke wasplaats, een strijkijzer op steenkool hanteren (er was immers weer een power cut), een gember drogerij bezoeken,… Helaas moeten we ook hier weer de verplichte winkels vol dezelfde souverniers meepikken. Het siert onze chauffeur wel dat hij laat zien dat hij hiervoor vergoed wordt (met rijstpakketten) en deze inkomsten nodig heeft om dergelijke rondritten rendabel te maken. Tsja, dan zijn wij uitgeklapt en ondergaan wij het allemaal maar een beetje. In ruil kunnen wij weer volop vragen stellen: over het dagelijks leven in India, hoe mensen hier samen leven met al die verschillende religies, hoe de verhoudingen tussen mannen en vrouwen zitten,… Het  is allemaal nog heel moeilijk te bevatten en helemaal anders dan wat wij kennen, maar het is leuk te merken dat veel mensen hier gerust open over willen vertellen en benieuwd zijn naar onze gewoontes.

De komende dagen wordt hier nog volop de toerist uitgehangen en een beetje uitgerust. 4 februari wordt er immers weer een trein genomen naar Bangalore om ‘de Swami’ te bezoeken. Als we het programma mogen geloven dat hij voor ons heeft uitgestippeld kunnen we ons wederom schrap zetten voor een drukke week! Joepie!

 

Standard
India

Cooking elephants in a sunsetting sauce…

De dag dat we besluiten om om onze resort in Kovalam te verlaten, werd meteen een hevige dag na een weekje quasi nietsdoen.
Waar we steevast tot half negen sliepen om daarna te gaan ontbijten, zitten we nu om 7u, gepakt en gezakt ons omeletje te verorberen. Want om acht uur haalt de taxi ons op voor een tochtje naar de olifanten.

Waar wij dachten dat het Indische verkeer chaotisch was, was at nog niets vergeleken met de ochtendspits. Gelukkig leidt onze chauffeur ons er vlotjes door, onder begeleiding van honderdduizend vragen over trouwen en samenwonen en hoe dat dat dan in Europa kan. Je voelt dat er hier iets broedt en dat er verandering op til is, voor deze dan wel de volgende generatie.

Het olifantenpark is eigenlijk een verzorgingstehuis voor wilde olifanten met een probleem. Een kapot pootje, een oorschimmel, een beschadigde slurf,… U roept maar. Wanneer het probleem is opgelost, gaat de olifant weer naar zijn wilde thuis, bij zijn wilde vriendjes.

Wij helpen met het wassen en voeren, maar een ritje zit er niet in. No, not possible today. Or tomorrow. Tja, we zijn blij wanneer de show voorbij is en de olifanten naar hun afgeschermde stuk kunnen: wij zijn echt heel erg beschaafde toeristen in vergelijking met anderen…

Sunset

Na de olifanten wacht ons een stevige busrit naar Varkala, een nieuw strand 75 km verderop. Restaurants bovenop een cliff, hotels er vlak achter en hippies overal. Yoga en meditatie bij zonsondergang (vast ook bij zonsoopgang, maar dat missen we uitslaapgewijs) zijn hier een vast ritueel, zeker voor de iets rijpere hippie. Met of zonder piercings, henna of pofbroek.

Onze bedhardheid bereikt een dieptepunt en door de lawaaierige ventilator en het bed van Indische afmetingen wordt onze nachtrust stevig geecimeerd. Gelukkig is het wel erg proper, maar daar hebben we op een slechte ervaring na nog geen last van gehad.

Het hoogtepunt in Varkala (buiten het verjaardagsfeest en de heerlijke massage en uitgebreide ontbijten en zwemmen in de oceaan en zonnen op het strand en bier drinken uit koffiemokken) is ongetwijfeld de kookles.
Op twee uur tijd leert chef Ani ons hoe we volgende dingen klaarmaken:

  • vegetable pakora
  • coconut paratha
  • egg bengal
  • egg biriyani
  • butter chicken masala (best. dish. ever)
  • banana payasam

Terwijl de ene kookt, noteert de andere en om het gerecht wordt er gewisseld. Het gaat vooruit, het is niet moeilijk en ge moogt er gerust van zijn dat er in de Vekestraat geregeld met  de handen gegeten zal worden. Ook u bent alvast van harte welkom!

On the “road” again

Na vier dagen zon-zee-strand-horeca wordt het tijd om nog eens wat op te schuiven. We duiken een internet cafe in en plannen de komende weken: een slaaptrein naar Bangalore,  een riviercruise van een dag en een vlucht naar Varanasi. Verder snorren we nog wat bus en treininfo op en na een uur zijn we klaar om te gaan.

En als we gaan, gaan we hard!Op zondag staan we om 07u30 klaar op het station om een uur later naar de backwatercruise te wandelen die ons ‘s avonds om 18u30 afzet in Allepey waar we door Johnson worden opgepikt. Hij brnegt ons naar zijn hotel en stelt verder geen vragen. We betalen vooruit omdat we de volgende dag om 08u15 de trein moeten hebben naar Ernakulam om daar de bus te nemen (en te hopen dat die vlot aansluit) naar Munnar. Een ritje van 5u, door de bergen.

Backpacking backwaters

Met dat in het verschiet, laten we ons op zondag rustig dobberen op de cruise op de backwaters. Een complex van rivieren en meren met een doorsnee van 75km waartussen een heleboel dorpen liggen die enkel per boot te bereiken zijn. Een erg surreeel beeld en we kijken dan ook onze ogen uit.

Tot de namiddag dan toch: de lunch, de zon, de slechte nachten en eentonigheid van de motor doen ons lustig indommelen voor een uurtje. Acht uur is dan ook wel veel van hetzelfde, vindt zelfs de gemakkelijk tevreden te stellen avonturier in ons…

Als we op zondag aankomen in Allepey, beseffen we weer hoe fijn dat dat is, zo onderweg zijn…

Standard
India

Gedeelde vreugde is dubbele vreugde

Kijk, verjaren aan de andere kant van de wereld heeft iets. En met de communicatieve mogelijkheden van heden ten dage waren jullie er precies bij.

Niet echt, want anders was het kamerke van de masseurs te klein geweest…
Maar toch: fijne wensen per sms, telefoon, e-mail en Facebook: u zijt hartelijk bedankt!

En toch was ik gisteren heel even graag thuis geweest. Zo wat familie en vrienden in de buurt. Gewoon, niet te zot.
Och, zou dat een eerste heimweetje zijn? Ik vermoed het wel.

Toen Leen en Ashish zich ‘s avonds bij ons voegden, was ik toch blij dat we hier in Varkala zitten. Met cadeautjes! En met goed volk!

En 30 jaar, dat valt goed mee eigenlijk. Allee, vandaag toch al. En gisteren ook.

Standard
India

Van twenty-something naar thirty-something

30.
Een mijlpaal voor velen.
Ook voor mezelf hoor. Van 29 naar dertig, dat is als de stap van 17 naar 18.
Gevoelsmatig.
Of van 24 naar 25.

En net als bij die laatste, ben ik nu ook weer niet thuis.
Ik werd 25 in India, in 2008. Een nieuwe periode brak aan.
Een gedeelte van mijn leven waarin ik gelukkiger was dan daaarvoor.
Ik was weg, verjaarde en was gelukkiger.

Nu niet anders.
Denk ik.
Ik ben in elk geval al weg, dat is zeker.
En verjaren is voor vandaag.
Terugkomen duurt nog twee maanden en wie weet of ik ga veranderd zijn?

We zullen zien.
Net zoals morgen: zien waar we heen gaan, zien wat we doen.
Keuzes maken, neus vooruit en gaan.
En daarna: gaan voor beter.

Mijn vrouw en ik, samen 55 jaar, samen keuzes maken.
Omdat dat kan.
Omdat wij dat kunnen.

BOOM!
Maar, euhm, serieus: 30?!
Da’s keioud eh…

Standard